Baudet vraagt VVD-minister Hermans om wetenschappelijke onderbouwing klimaatbeleid

7 oktober 2024

4 minuten leestijd

VVD-minister Sophie Hermans wil “een doelmatige energievoorziening en beperking van de klimaatverandering” realiseren. Dat staat in de begroting van haar nieuwe ministerie van Klimaat en Groene Groei. Sinds de VVD in 2010 aan de macht kwam – en veelal samenwerkte met linkse, zogeheten “groene” partijen – is het klimaatbeleid steeds strenger geworden. Ook nu de VVD met PVV en BBB samenwerkt, wordt de ingeslagen weg echter gewoon verder bewandeld: het Klimaatakkoord blijft staan, de energietransitie wordt verder uitgerold en de begrote klimaatuitgaven gaan de komende jaren zelfs met tientallen procenten omhoog.1.

Al die jaren hebben geen van al deze partijen echter een grondige, wetenschappelijke onderbouwing voor hun geldverslindende plannen gegeven. In vergelijking met welke historische periode stelt men bijvoorbeeld de klimaatverandering vast die men koste wat koste wil “beperken” – en waarom wordt juist die periode als referentie gebruikt? Wat houdt “beperking van de klimaatverandering” eigenlijk in: welke temperatuur op aarde ziet men als ideaal voor het leven op aarde en om welke reden? En wat is volgens al deze partijen – die CO2 als grote vervuiler zien – het ideale, minimaal benodigde en maximaal aanvaardbare CO2-gehalte in de atmosfeer?

Naar aanleiding van de op Prinsjesdag gepresenteerde begroting voor 2025 stelt FVD-partijleider Thierry Baudet een serie fundamentele vragen aan klimaatminister Hermans.

U kunt de vragen van het lid Baudet aan de minister van Klimaat en Groene Groei – over het doel “een doelmatige energievoorziening en beperking van de klimaatverandering” te realiseren – hieronder lezen.

  1. Klopt het dat de uitgaven van het ministerie van Klimaat en Groene Groei voor het jaar 2025 – ruim 4,5 miljard euro in totaal – tot doel hebben “een doelmatige energievoorziening en beperking van de klimaatverandering” te realiseren?2
  2. Wat verstaat u onder een “doelmatige energievoorziening”? Kunt u uw antwoord toelichten?
  3. Wat verstaat u onder “beperking van de klimaatverandering”? Doelt u met “verandering” op opwarming of afkoeling? Kunt u uw antwoorden toelichten?
  4. Wat is in uw ogen de ideale gemiddelde temperatuur voor het leven op aarde en waarom juist deze temperatuur? Wat is in uw ogen de minimaal benodigde en maximaal aanvaardbare gemiddelde temperatuur voor het leven op aarde en waarom juist deze temperaturen? Kunt u uw antwoorden uitdrukken in graden Celsius en voorzien van een wetenschappelijke onderbouwing?
  5. Wat is in uw ogen het ideale CO2-gehalte in de atmosfeer voor het leven op aarde en waarom juist dit gehalte? Wat is in uw ogen het minimaal benodigde en maximaal aanvaardbare CO2-gehalte in de atmosfeer voor het leven op aarde en waarom juist deze gehalten? Kunt u uw antwoorden uitdrukken in aantal deeltjes per miljoen (ppm) en voorzien van een wetenschappelijke onderbouwing?
  6. In de Memorie van Toelichting van de begroting van uw ministerie voor het jaar 2025 spreekt u over “de uitstoot van broeikasgassen en andere vervuiling”3; betekent dit dat u broeikasgassen als zodanig (en dus per definitie) als vervuilend (en dus onwenselijk) beschouwt? Beschouwt u waterdamp – net als CO2 een broeikasgas – als vervuilend? Zo ja, waarom wel? Zo nee, waarom niet? Beschouwt u CO2 als vervuilend? Zo ja, waarom wel? Zo nee, waarom niet? 
  7. Welk klimaat neemt u als referentie voor de klimaatverandering die u poogt te beperken? Hoe beoordeelt u het feit dat de temperatuur in de 19e eeuw – die lager was dan nu – veelal als norm wordt gesteld, terwijl de temperatuur op aarde in de afgelopen tienduizend jaar (het huidige Interglaciaal) een zeer significant deel van de tijd – volgens verscheidene reconstructies zelfs zo’n zestig procent – juist hoger was dan nu?4 Erkent u dat klimaatverandering een natuurlijk fenomeen is? Zo nee, waarom niet? Zo ja, bent u van mening dat met de 19e eeuwse temperatuur als norm een vertekend beeld ontstaat van de huidige klimaatverandering? Kunt u uw antwoorden toelichten en voorzien van een wetenschappelijke onderbouwing?
  8. Bij welke gemiddelde temperatuur op aarde is uw doel “beperking van de klimaatverandering” geslaagd? En ten opzichte van welke verwachte gemiddelde temperatuur op aarde is de klimaatverandering in dat geval beperkt? Kunt u beide uitdrukken in graden Celsius? Op welke voorspellingen baseert u deze verwachte gemiddelde temperatuur? Kunt u uw antwoorden toelichten?
  9. Met hoeveel graden Celsius en op welke termijn verwacht u de klimaatverandering te kunnen beperken met de begrote financiering van 4,5 miljard euro? Kunt u uw berekening met cijfers onderbouwen? Zo nee, hoe weet u dan zeker dat dit bedrag goed is besteed?
  10. Kunt u deze vragen afzonderlijk van elkaar en binnen de daarvoor gestelde termijn beantwoorden?